Kind ons geboren

Kind ons geboren

Toespraak Franck Ploum

Gelezen: Jesaja – Lukas 2 – Johannes 1

1.

Druktemaker Janneke de Bijl reageerde op 19 december in haar column op Radio 1 op het nieuws dat een Engelse dominee op het matje werd geroepen omdat hij aan schoolkinderen had verteld dat de kerstman niet bestaat. Kinderen in tranen, ouders boos, school boos en zelfs het bisdom eist dat hij zijn excuses gaat aanbieden. Janneke de Bijl verzucht dat ze had gehoopt dat de pastoor die vroeger op haar katholieke school kwam ook de waarheid had verteld en ook zou hebben verteld dat Sinterklaas niet bestaat, maar ook dat die andere man met baard op een wolk niet bestaat.

De rede waarom ze dit had gehoopt is omdat ze religie iets verschrikkelijks vindt. In haar visie is religie de bron van alle ellende op de wereld en is het dus hypocriet om kerst te vieren. Om – zoals hier – in een kerk rond een religieus verhaal samen te komen en te zingen over vrede. En tegelijk als religie zelf de oorzaak te zijn van alle onvrede, alle vrouwenonderdrukking, oorlog en veel dierenleed. 

Nu ben ik zelf vaak genoeg columnist om te weten wat het doel is van een column: de zaak op scherp zetten, zwart-wit beelden schetsen om mensen te prikkelen, tot nadenken te dwingen. En dat betekent dat ik door de eerste laag van ergernis heen moet. De ergernis over de karikatuur die ze maakt van religie. En de ergernis over een godsbeeld dat ze poneert als ware dat het algemeen en enig aanvaardde godsbeeld dat mensen tot op vandaag hanteren. Hier in deze ekklesia zou ze met enige regelmaat gehoord kunnen hebben, uit mijn mond of die van andere sprekers, dat de god die zij voor ogen heeft inderdaad niet bestaat. We hoeven niet te geloven in de zoveelste man met baard die vanuit de wolken ons leven bestuurt en hier wat ziekte, ongeluk, domme pech en oorlog zaait en daar wat geluk, succes, rijkdom en voorspoed.

Maar nadat ik door de eerste laag van ergernis ben heengegaan, komt er ook herkenning. Ik herken in mijzelf ook wel dat gevoel van weerstand tegen religie. Want ik zie ook wat er in de wereld aan de hand is en hoe de Taliban, de Staat Israël, de radicale Islam, fundamentalistische christenen, radicale boeddhisten en hindoes hun misdaden vergoelijken en hun wandaden funderen met een beroep op hun religieuze verhalen. Já, religie is maar al te vaak een voertuig voor geweld en oorlog, voor onderdrukking en voor misbruik van dier en aarde. Religie wordt ingezet om mensen mee te krijgen in een strijd tegen de ander, het andere, vreemde, de vreemdeling. En dan kan ik met Janneke de Bijl zeggen: religie is verschrikkelijk, daar moeten we zo snel mogelijk vanaf.

Maar wat dan zonder die religieuze verhalen? De communistische ideologie, de kapitalistische markt, een socialistische staat, een seculiere samenleving? Ook daar voorbeelden te over van onderdrukking, wandaden, oorlog en geweld tegenover ieder die niet denkt zoals je hoort te denken binnen het systeem, binnen het denkkader. Elk verhaal, elke denkrichting, elk waardenkader, elke religie wordt beknellend, onderdrukkend, gewelddadig in handen van kwaadwillende mensen. Elke religie, elk ideaal wordt een moordwapen als het gestolde en enige waarheid wordt. Wellicht zijn niet de verhalen het probleem, maar mensen die er mee aan de haal gaan en ze misbruiken!

Niet ingekort is Gods arm, zegt de profeet Jesaja, niet verstopt Gods oor, maar de misdaden van mensen verduisteren het licht. Bloed aan hun handen, leugens op hun lippen. Mensen zijn de plegers van geweld en verwoesting. Maar als dat zo is, dan geldt het ook andersom. Dat wij God niet ter verantwoording kunnen roepen voor alle ellende en chaos om ons heen. De man met de baard, de allesbestierder, bestaat niet. De mens is niet alleen degene die de verhalen interpreteert, de mens is ook degene die verantwoordelijk is voor de gevolgen van de eigen interpretatie

2.

Wat wel bestaat zijn verhalen. Verhalen over mensen die met vallen en opstaan pogen te leven. Die alleen of met elkaar een weg zoeken, dwars door woestijnen heen. De woestijn van eenzaamheid, de woestenij van oorlog, de woestheid van depressies, de woestijn van onderdrukking. En soms even vinden ze leefbaar land, ineens is daar een oase, een bron om dorst te lessen en krachten op te doen. Ineens is daar een stem, een woord, oud of nieuw, wellicht eerder gehoord, maar nooit echt verstaan, dat zegt: ik ga iets nieuws beginnen. En het voelt als een uitnodiging, alsof je opengebroken wordt en dat je ineens gaat zien hoe leeg een leven is, als het alleen maar draait om geld en goed, het aaneenrijgen van akker aan akker en om de opkoop van huis na huis.

Nu zijn we niet allemaal ‘Prins van Oranje’. Maar iets van die neiging herkennen we wellicht wel. Dat we het idee hebben dat het laatste model, de nieuwste serie, de zoveelste vakantie ons gelukkig zal maken. En het is iedereen van harte gegund, maar je geluk hangt er hopelijk niet vanaf. Want dan kom je er bekaaid vanaf. Dan verdwijn je in de leegte. Dan wordt het duister en verdwijnt dat woord, die stem naar de achtergrond en kan er niets nieuws meer gebeuren in je leven. Dan kom je in de tredmolen van een zich steeds weer zinloos herhalend zelfde.

Tegenover deze zinloosheid, tegen deze persoonlijke duisternis en tegen alle woestenij van geweld en oorlog staan verhalen van doorbrekend licht en nieuw begin. En die verhalen hebben één ding gemeen. Ze beginnen allemaal met een onmogelijkheid. Ze beginnen altijd met ons op een ander been te zetten dan het been waarop we staan. Al die verhalen beginnen bij wat wij niet in ons vizier hebben of wat wij zien als bronnen van ongeluk of onsuccesvol: onvruchtbaarheid, een uitzichtloze situatie, een verloren leven, geen partner te bekennen, een afgelegen dorpje in niemandsland, vreemdelingschap, armzaligheid. En meestal is er ook sprake van de eindeloze duisternis van oorlog en onderdrukking. En precies daar, weg van man en macht, weg van het gangbare en succesvolle, daar is iets te vinden dat betekenisvol is, iets dat je leven kan openbreken, dat je op een ander spoor kan zetten. In het verhaal van kerstmis klinkt dan: Kind ons geboren! Uit een vrouw, zonder tussenkomst van een man, weg van pracht en praal, te midden van armoedzaaiers en verschoppelingen. Daar komt licht op en is de koning van de vrede te vinden, God in ons midden!

Waar alles je uit handen is geslagen, daar waar je mens bent in je meest kwetsbare mens-zijn, daar waar je met lege handen staat en je alleen nog met jezelf over bent, daar is betekenis te vinden en wordt het leven gevuld met wat er werkelijk toe doet.

3.

Tegen de zwarte hemel van onze tijd worden woorden van nieuw begin en toekomst geschreven. Woorden die ver afstaan van de weg van de macht of de route naar oorlog en geweld. Woorden die iets heel anders in ons willen voeden: goed nieuws voor de armen, troost voor onze gebroken harten, mededogen en gevoel voor wat rechtvaardig is, liefde voor de vreemdeling in ons midden. Juist daarom is het goed dat wij hier zijn en kerstmis vieren. Omdat we daarmee die bevrijdende woorden redden uit de klauwen van hen die ze als wapen misbruiken, als oorlogsretoriek inzetten. En we redden ze uit handen van een regering in ons eigen land, die deze traditie kaapt om ze in te zetten als wapen van verdeeldheid en instrument van vreemdelingenhaat. Hier wapenen wij ons met de kracht van kwetsbaarheid, met het gebod van de naastenliefde, met een beeld van God dat niets te maken heeft met een bebaarde man in de wolken, maar wel alles met licht tegen duisternis, met een stem die ons geweten scherpt en met de kwetsbaarheid van een kind dat ook in ons, in onszelf, geboren wil worden deze dagen en weer, en steeds opnieuw.

De vraag is alleen of wij in staat zijn om die geboorte aan ons te laten gebeuren. Want vaak staan we als het ware in een spagaat. Eén been in alles wat ons aangeboden wordt, aangeprezen, opgedrongen als ware het ons grootste geluk. En één been wil heel graag een stap maken in die heel andere richting. Ingaan op de uitnodiging om alles waar dat kwetsbare kind voor staat, in ons te laten gebeuren en te zijn zoals hij in zijn leven was: licht voor blinden, brood voor hongerlijders, vredeskoning en bevrijder van mensen.

Dat is de grote uitdaging in ons eigen leven: de balans te vinden en de juiste keuzes te maken. Waar conformeren wij ons aan wat de samenleving vraagt? En waar zijn we luis in de pels van die samenleving, waar zijn we tegendraads, waar komen we in verzet tegen al het gangbare en ge-eiste? 

Want als dit feest ons niet aanzet tot verzet, tot nieuw begin en ons alleen maar sust met zoete gedachten en romantische taferelen, dan maken we dit tegendraadse kerstverhaal onschadelijk. Dan worden wijzelf en wordt het verhaal een verlengstuk van de gevestigde orde, burgerlijke religie die zich afspeelt achter de voordeur, maar geen sociale en maatschappelijke impact heeft. Dan bevestigt dit feest alleen de bestaande verhoudingen waarbinnen de één geslaagd is en de ander niet, de één feest viert in gezelligheid, met familie en vrienden en de ander zich nog eenzamer voelt dan op elke gewone dag. Of waarin het ene kind overladen wordt met overdaad en een ander met lege handen staat of alleen maar kan hopen dat de dagen voorbijgaan zonder al te veel ellende in huis.

Het verhaal plaatst nu juist alles wat wij minachten en over het hoofd zien, of liever niet willen, in het centrum. Het wil ons daarmee in beweging krijgen, meenemen in dat visioen. In die droom van een nieuwe wereld vol brood en recht en liefde voor allen. Een beweging niet vanuit de macht, of het heersende systeem van consumptie en status, maar een tegenbeweging van mensen die besluiten om anders te gaan leven. Niet op uitnodiging van de hebzucht god, de god van geld, de god van de oorlog, de god als man met baard, maar uitgenodigd door de God van mensen in de marge, de god van de kwetsbaarheid en onmacht.

Dat klinkt als een onmogelijkheid, dat riekt naar wishful thinking, maar in werkelijkheid is het een verhaal dat in en door ons verder geschreven wil worden. En zoals we weten beginnen de belangrijkste verhalen altijd met het onmogelijke en het ongekende, dat toch mogelijk blijkt. Dat geldt ook voor ons levensverhaal.

Dat het aan ons mag geschieden en via ons aan de wereld: kind in ons geboren, God onbedwingbaar, koning van de vrede.

Ik wens u allen een zalig, gelukkig, gezegend kerstfeest.