Opstandig opstaan

Opstandig opstaan

Toespraak viering van Pasen 2024 door Franck Ploum

Gelezen: Genesis 1, Ezechiël 37, Lukas 23,55-24,35

1.
Pasen is het feest van opstaan, opstandigheid en opstanding. Woorden die dicht bij elkaar liggen en ook qua inhoud nauw met elkaar verbonden zijn. Pasen roept uit: Opgestaan uit de doden! Jezus, zo vertellen de verhalen, is opgestaan, zoals hij zoveel mensen liet opstaan uit armoede, achterstelling, uitsluiting of de overtuiging dat ze niet in staat zouden zijn hun eigen leven ter hand te nemen. Hij stierf zoals hij heeft geleefd en heeft voorgeleefd, zou je kunnen zeggen: hij laat zich niet klein krijgen, ‘om de dooie dood niet’! In die zin was het dus ook een opstandige dood. Aan de ene kant solidair tot het uiterste en aan de andere kant niet toegeven, zich niet overgeven aan de macht van de onderdrukker, de doodmaker.

Die drang om op te staan, die opstandigheid komt ook in ons leven goed van pas, wil je je een beetje staande houden in deze wereld. Zeker wanneer je probeert te leven met bijbelse verhalen over opstaan en opstanding in gedachten, dan moet je voortdurend alert blijven en aanvoelen wanneer het tijd wordt om op te staan, opstandig te worden.

Opstandigheid is nodig. Want voor je het weet loop je mee in het rijtje van mensen die het hoogst haalbare achten dat je goed voor jezelf zorgt, die zeggen dat je toch niet voor iedereen hoeft te zorgen en dat mensen toch verantwoordelijk zijn voor hun eigen leven.

Opstandigheid is nodig. Omdat je soms in situaties terecht komt waarin je monddood wordt gemaakt, of waarin vreemde mogendheden je land binnendringen. Je kunt niet anders meer dan in opstand komen om verandering te brengen in je situatie.

Opstandigheid is nodig omdat soms burgerlijke ongehoorzaamheid geboden is. Openbaar en heel vaak in het geheim. Hoeveel joden, Roma en Sinti, homoseksuelen en mensen met een beperking werden er niet gered door ondergrondse burgerlijke ongehoorzaamheid?

Opstandigheid is nodig, vaak ook als een teken van het niet meer weten. Je weet niet hoe het verder moet. Je kunt je onmacht alleen nog vertalen in opstandigheid. Kinderen kunnen dat heel goed, pubers nog veel beter. Maar ook wij, volwassenen, kunnen uit radeloosheid de hakken in t zand zetten als teken van verzet, van niet meer mee willen gaan met hoe het gaat, hoewel we vaak nog geen idee hebben hoe het dan wel moet.

Opstandigheid is dus in basis een positieve energie en wil een positieve draai geven aan een situatie die niet langer vol te houden is, een situatie die dodelijk of doodmakend is. Het wil een halt toe roepen aan leven dat geen leven is.

Hoe anders dan via de weg van opstandigheid kun je verder als je woont in Gaza, in bezette gebieden, in Oekraïne, als vrouw in Iran of Afghanistan? Wanneer je moet leven in landen zonder vrijheid, dictaturen of landen waar je niet vrij kunt spreken of vrij bent lief te hebben die je liefhebt? Maar misschien is het ook wel veel dichterbij herkenbaar. Al die situaties waarin mensen, ook wijzelf soms, niet meer dan vegeteren, doelloos voortgaan, verdrinken in zinloosheid en matheid. Wanneer we zijn verworden tot een verzameling beenderen, maar er geen vlees en bloed, geen leven meer is te bespeuren.

Pasen als feest van opstaan, opstandigheid en opstanding vertelt verhalen die een hart onder de riem steken van eenieder die vastzit in wat doodmaakt, die je weghalen bij de rand van afgrond van schijnbare uitzichtloosheid of dodelijke systemen en verhoudingen. ‘Sta daar uit op!’, zegt het verhaal. En als je nog niet zo ver bent, luister naar de verhalen en laat tot je doordringen: je kunt daaruit opstaan! Luister maar, er zijn mensen die het gedaan hebben, soms met de moed der wanhoop, maar ze zijn uit de dood weggetrokken. De fysieke dood is onoverkomelijk, maar de levende dood die is te overwinnen.

2.
Maar hoe doe je dat, in opstand komen tegen alles wat doodmaakt? De eerste reflex is vaak grijpen naar dezelfde middelen die tegen jou gebruikt worden. Opstand is dan veelal een grijpen naar de wapens, terugvallen in geweld als antwoord op geweld. Kijk naar de twee leerlingen. Op weg naar Emmaus. Een plaats die nauw verbonden is met onderdrukking en opstand tegen de overheersing. De Romeinen sloegen er hun wapens op waarmee ze later heel Jeruzalem zouden vernietigen. Kennelijk zien de twee Emmausgangers na de kruisdood van Jezus geen andere mogelijkheid meer dan terug te keren naar de strategie van eerdere en andere messiaanse bewegingen: de gewapende strijd. Lukas, de auteur van dit verhaal, die zijn verhaal schrijft na het jaar 70, die weet dat die keuze een doodlopende weg is. Het zal leiden tot totale vernietiging.

Is dat niet het grote dilemma in de oorlog in Oekraïne? Dat in alles wat erover gezegd wordt en gedacht wordt we in de armen van de wapenindustrie gedreven worden? Creëren we hiermee met elkaar niet de middelen voor toekomstige conflicten en oorlogen waarmee wij de komende generaties opzadelen? Maar hoe dan wel?, is dan altijd de vraag. Heb jij dan een beter idee, wordt dan de bal teruggespeeld. En dan moet ik zeggen: dat weet ik niet. Maar gesprek, aan tafel gaan zitten lijkt mij, hoe moeilijk ook, toch altijd beter dan blind de retoriek van de wapens te volgen. Er is immers nog nooit een oorlog beëindigd op het slagveld, maar altijd rond de tafel.

We zijn dus vaak geneigd om bij opstanding te vluchten in dezelfde destructieve gedachten als waarmee anderen ons naar het leven staan. En we zien dat helaas ook maar al te vaak in ons eigen leven wanneer het zich voor ons gevoel zinloos voortsleept. We staan niet op, maar zoeken de verdoving. De verdoving van consumeren, kopen, de sociale media die ons urenlang van het ene in het andere filmpje trekken en daarmee weghalen bij onszelf. Niet opstaan, maar lekker vergeten. We geven toe aan onze verslavingen: roken, een drankje, een gokje. Hoeveel mensen gaan niet ten onder, staan niet op, omdat ze het dodelijke leven proberen te bestrijden met dodelijke middelen?

3.
Wat is dan wel de weg? De verhalen van Pasen refereren steevast aan de Thora, veelal samengevat als ‘Mozes en de profeten’. In opstand komen tegen de onnodige dood kan, door terug te keren naar die oude wijze woorden, waarin de leefregels staan opgetekend en waarin woorden te lezen zijn die richting geven aan een andere manier van leven, een nieuwe manier van omgaan met elkaar, een route naar deze wereld nieuw. ‘God liefhebben en je naaste die een mens is als jij’ is het fundament, daarop bouw je voort met de bouwstenen van liefde, gerechtigheid, solidariteit en vrede. Die woorden geven invulling aan een adequaat antwoord op alle dodelijke feiten en onderdrukkende systemen. Dat zijn woorden die energie geven om op te staan, in opstand te komen. Dat zijn opstandige woorden die richting geven.

Kennelijk hebben we het nodig die woorden steeds weer te horen en tot ons te nemen. Dat we herinnerd worden aan het feit dat we op kunnen staan. Om zo te voorkomen dat we terugvallen in oude gedachten, in oude patronen, om te voorkomen dat we steeds weer van Jeruzalem terugkeren naar Emmaüs.  Zoals die twee, die onderweg zijn. Hoewel ze van de vrouwen al hadden gehoord dat Emmaüs niet de weg was en dat er opgestaan moest worden. Tegen beter weten in gaan ze toch weer de weg naar de duisternis. Die woorden over opstanding zijn in hun oren slechts geruchten. Ach ja, er wordt zoveel gezegd, maar er is geen enkel bewijs.

Soms hebben we een ander nodig, iemand van buiten de eigen kring om onze ogen opnieuw te open voor een andere mogelijkheid dan de bekende optie. In het verhaal is het een vreemdeling die de leerlingen opnieuw leert kijken naar de Thora, naar hun eigen leven en naar de werkelijkheid waarin ze moeten leven. Hij geeft hen opnieuw zicht op het opstandige leven van Jezus, zijn boodschap van liefde en solidariteit. Lukas gebruikt hier het model van het joodse leerhuis: er is een actuele kwestie en daar wordt de Schrift naast gelegd om inzicht te verwerven en een oplossing voor het actuele probleem te vinden. Maar die Schrift wordt niet geopend voordat er goed geluisterd is. Jezus is een stille, zwijgende tochtgenoot die het verhaal van de teleurstelling serieus neemt. Dat verhaal mag de ruimte krijgen, de boosheid mag eruit knallen, het verdriet moet uitgesproken worden. Wie boos is zit vast in eigen gelijk, heeft geen ruimte voor redelijke argumenten, laat staan als er geen bewijs voor is, als het slechts geruchten zijn. Maar daarna, wanneer oude woorden de boosheid, de pijn, de teleurstelling een plek hebben gegeven, dan is het tijd om op te staan. En dat werd tijd ook, want inmiddels zijn ze vanuit hun gewoonte alweer helemaal de duisternis in gelopen en aangekomen in Emmaüs. ‘Het is al donker’, zegt het verhaal. Dat is geen toeval: de wereld van gewelddadig verzet, van wapengekletter en van de oude orde waarin het recht van de sterkste geldt, die wereld – in het verhaal Emmaüs genoemd – is duister en donker.

Zoals in zoveel bijbelse verhalen moet opstaan en in opstand komen gevierd worden met een maaltijd. En het is dan, op dat moment dat de verblindende maskers afvallen de schellen vallen hun van de ogen. Dankzij oude woorden opnieuw verteld en in herinnering gebracht is er weer zicht op andere mogelijkheden en kansen tot opstanding zonder geweld. Ze herkennen Jezus aan het breken van het brood, kennelijk is dit het ultieme teken van blijvende verbondenheid met het verhaal van bevrijding en solidariteit, van opstaan en opstandigheid.

4.
Pasen is het feest van opstaan, opstandigheid en opstanding. Het visioen van een nieuwe wereld, dat Koninkrijk Gods stopt niet met de fysieke dood van Jezus, maar wordt gecontinueerd over de grens van zijn dood heen. Overal staat hij op in mensen die hemel en aarde bij elkaar brengen. In mensen die wegtrekken uit dodelijke feiten, in mensen die een ander doen opstaan uit leven dat geen leven is. Dat wij die mensen mogen zijn en dat wij op deze plaats de woorden mogen vinden die ons hierin bevestigen, bemoedigen en richting wijzen. Het is na de fysieke dood van Jezus immers de messiaanse beweging zelf, die op gang moet blijven en die teken moet worden van Jezus’ blijvende geestkracht in deze wereld. Als wij daarin slagen, dan zullen we leven!

Ik wens u allen een gezegend, een goed, een zalig Pasen.

Uitleg Paaskaars 2024

Al vele jaren word ik, Sylvia Thijsen, gevraagd om de paaskaars voor de Ekklesia in Breda te beschilderen. Voor mij is dat een fijn toewerken naar het paasfeest. Het is ook elk jaar weer een uitdaging met een verantwoordelijkheid. Het moet direct goed en het is voor veel mensen. Daarom pak ik het zo intuïtief mogelijk aan, met een blij en open gemoed.

Dit jaar is de beschildering wel anders geworden dan andere jaren. Werd de kaars meestal een abstracte werveling, een kleurrijk gebaar, een emotie in kleur en beweging, dit jaar is het iets concreter geworden.

Aan de basis van de kaars is Jezus geschilderd als een soort strijder, maar dan wel voor liefde en gerechtigheid. Met alle oorlogen in de wereld moet je haast een strijder zijn om een andere koers voor het voetlicht te brengen. Maar dan strijden in de positieve zin: geweldloos! Zoals bijvoorbeeld Extinction Rebellion in onze tijd, of Gandhi in het recente verleden.

Zijn hoofd is omringd met een doornenkroon. Symbool van de hoogste prijs die hij voor zijn levensweg heeft moeten betalen. Maar de doornen zweven om hem heen: het kwaad heeft geen vat op hem. Op zijn schild is de kruisiging te zien, als herinnering aan het belangrijke, pijnlijke, onmenselijke moment dat hij onderging juist vanwege zijn keuze voor recht en liefde.

Jezus’ hoofd staat al in een soort kerkgebouw, kapelachtig. Als teken van de Ekklesia waar deze kaars mag branden en waar de verhalen van liefde en gerechtigheid mogen klinken.

Drie harten en poten zijn getekend als teken van eenheid. Denk bijvoorbeeld aan het oude beeld van de drie-eenheid. Het is een soort fundament, in eenheid wordt alles bij elkaar gehouden. 

Het geheel wordt omarmd door een soort engelenvleugel, als een regenboog. Dit herinnert aan de boodschap van de engel aan Maria, de annunciatie. Een boodschap die door Maria positief wordt beantwoord en uitgezonden wordt in haar Magnificat: deze wereld omgekeerd! In de kunst wordt de boodschappende engel vaak verbeeld met prachtige kleurrijke vleugels. Maar het is ook teken van de inclusieve kleurrijke regenboog samenleving die we willen zijn, waarin ook weer het verbond van God met de aarde en de mensheid door mag stralen.

Boven dit tafereel is geboorte verbeeld. De weg van Jezus is een weg ten leven, Uit liefde wordt een nieuwe mens geboren. Elke geboorte is ook weer nieuw begin en teken van de hoop op een nieuwe wereld in recht en vrede. Maar ook de levensboom is te zien, die voortkomt uit de gezaaide liefde en het zaad van gerechtigheid dat weer opkomt uit de aarde. Zo is de levenscyclus van leven, sterven en weer geboren worden. De levensboom omcirkelt vervolgens de hele paaskaars met frisgroen en kleurenpracht. Uiteindelijk mond de levensboom uit in de vlam die steeds opnieuw ontstoken moet worden om het vuur brandend te houden.

Sylvia Thijsen en Franck Ploum